Als leven en dood ineens letterlijk hand in hand gaan

Ik open de deur van de verloskamer en val gelijk met mijn neus in de boter. Jalina zit op haar knieën voor het bed. Ze heeft haar armen gestrekt boven haar hoofd en knijpt in de matras van het verlosbed voor zich. Heftig zuchtend, wipt ze op en neer met haar billen richting haar hakken. Duidelijk verzeild in een wee. Nadat ik Jalina in me op heb genomen, werp ik een blik achter het bed. Daar zit, als een enorm contrast, haar man op een stoel rustig naar Jalina te kijken.

Hij vangt mijn blik en glimlacht.
‘Het is nu echt begonnen hoor,’ zegt Thomas nadat we ons aan elkaar hebben voorgesteld.
‘Ik zie het, fantastisch,’ zeg ik.
Ik loop richting het verlosbed en zak door mijn hurken zodat ik iets meer op ooghoogte met Jalina kom. Ik leg mijn hand op haar schouder (corona-afstand op de verloskamers daar doe ik niet aan) en stel me voor terwijl zij bijkomt van de wee.
‘Goed bezig meid,’ zeg ik. ‘Ineens het gaspedaal ingedrukt volgens mij?’
Jalina knikt. Nog steeds haar adem uitblazend. Ik zie zweetdruppels op haar voorhoofd. Haar grote t-shirt met een welterusten-spreuk erop plakt aan haar lijf.
‘Dit is nu zo sinds een uurtje, toch schat?’ vraagt Thomas.
Jalina knikt wederom.
‘De tabletjes doen dus goed hun werk,’ zeg ik.

Jalina is vanmorgen gestart met misoprostol, dat is een hormoon (prostaglandine) die wordt gegeven om de baarmoedermond rijp te maken voor inleiding. Prostaglandines kunnen de baarmoedermond weker en zachter maken en soms zelfs zorgen voor weeënactiviteit. Dit laatste lijkt te zijn gebeurd bij Jalina.

‘Ik had eigenlijk de hele dag geen last van die tabletjes. Soms wat krampen maar totaal niet pijnlijk. En nu sinds..’
Jalina maakt haar zin niet af. Ze steekt haar vinger in de lucht en gooit haar hoofd weer in haar armen terwijl ze het verlosbed vastpakt. Een teken van een nieuwe wee. Ik kijk vragend Thomas aan die me glimlachend aangeeft dat sinds drie uur de weeën zijn begonnen. Ik kijk naar de klok boven het bed. Half vijf is het, dat kan nog wel eens vlot gaan als ik het zo zie.

Jalina wordt ingeleid omdat ze al een week overtijd is. Het was haar wens om niet af te wachten tot 42 weken. Ze is vandaag 41 weken en 1 dag. Omdat het hoofdje vanmorgen nog uit het bekken te duwen was heeft ze prostaglandines in de vorm van tabletjes gekregen om ervoor te zorgen dat het hoofd zou gaan zakken om op een later moment de vliezen te kunnen breken. Dit lijkt niet meer nodig. Ze oogt hevig in partu (‘aan het bevallen’ in chique taal).

Jalina en Thomas hadden aan het begin van de zwangerschap niet gedacht dat ze de 41 weken zwangerschap zouden halen. Jalina is namelijk zwanger van een tweeling. Een tweelingzwangerschap haalt alleen bij hoge uitzondering de 39 weken maar vaak dienen de kindjes bij gebrek aan ruimte zich al eerder aan.

Helaas kwamen Jalina en Thomas er na een reguliere echo bij 25 weken achter dat één van de kindjes geen kloppend hartje meer had. Het was overleden. Dit kwam als donderslag bij heldere hemel want Jalina voelde ‘gewoon’ beweging in haar buik. Die bewegingen waren helaas enkel van het nog levende kindje. Vele onderzoeken volgden maar een echte oorzaak werd niet achterhaald. Het nog levende kindje deed het de controles daarop heel goed. Het was een geschenk voor Jalina dat hij de zwangerschap compleet volbracht.

Maar na de 40 weken was het klaar met het lange wachten voor het stel. Ze hebben samen de hele zwangerschap in spanning gezeten of het goed zou blijven gaan met het nog levende kindje. Jalina en Thomas hebben al een ouder kindje Stef, van 2, wat heel fijn is geweest voor de afleiding. Want van een onbezorgde zwangerschap is helaas nooit sprake geweest.


‘Bij Stef ging het lang niet zo snel joh,’ zegt Thomas met een bekertje water in zijn handen. Hij geeft het aan Jalina die net weer klaar is met het wegzuchten van een wee. ‘Toen begon de bevalling ‘s nachts met gebroken vliezen en die ochtend de weeën. Pas de volgende ochtend werd toen Stef geboren. Dat was echt pittig voor haar hoor.’
‘Ja, dat begrijp ik. In de regel gaat een volgend kindje toch een stukje sneller dus het kan maar zo dat het rap gaat,’ zeg ik.
‘Dat zou mooi zijn,’ zegt Jalina. ‘Ik wil de jongens graag zien.’
‘Vind je het spannend?’ vraag ik Jalina die waarschijnlijk wel begrijpt wat ik bedoel.
‘Dokter van het Hof heeft me veel uitleg gegeven en ik heb ook op google gekeken hoe een kindje van 25 weken er ongeveer uit kan zien. Ik denk dat ik wel voorbereid ben maar spannend vind ik het wel.’
‘Ja, dat kan ik me voorstellen. Het is inderdaad afwachten hoe het kindje eruit ziet na de geboorte. Heel soms kan je het ook niet duidelijk terugzien. Maar ik verwacht, omdat het mannetje met 25 weken pas is gestopt met groeien dat we nog wel wat gaan terugzien van hem.’
‘Ik weet niet of ik het wil zien hoor,’ zegt Thomas.
Jalina heeft weer een wee. Ze begint wat meer geluid te maken bij het wegzuchten. Ik probeer haar te ondersteunen en we staken het gesprek even. Het klinkt alsof ze al richting het einde van de bevalling gaat.
De wee gaat weer voorbij, Jalina blijft wat wiegen met haar heupen terwijl ze nog steeds op haar knieën zit. Haar zwarte haren heeft ze samengebonden in een grote woelige knot op haar hoofd. In haar nek zit een kleine tatoeage van een vlindertje, of is het een vleermuis? Ik kan het niet goed zien.


Ik wend me tot Thomas: ‘Alles is goed. Als je wil kijken, kijk je. Wil je niet kijken, kijk je niet. Ik kan ook eerst beschrijven hoe hij eruit ziet en dat je daarna kijkt. Alles is goed. We gaan gewoon mee met jullie gevoel op dat moment.
Thomas knikt en denkt zichtbaar na over wat ik heb gezegd. Ik kijk de verloskamer rond en zie dat alle spulletjes voor een bevalling al klaar staan. Dat heeft Joanne vast al gedaan, de verpleegkundige die samen met mij avonddienst heeft.

We kletsen een tijdje over de verwachtingen van de bevalling en de periode die zal komen. Ze vertellen dat ze het levenloze mannetje gaan begraven maar dat ze er enorm tegenop zien om straks én te rouwen én moeten genieten van hun levende kindje.
Het klinkt als een onmogelijke opgave en ik geef het ze te doen. Want na alleen deze bevalling zijn ze er nog niet. Dan begint misschien het echte besef pas. Tijdens het kletsen worden we af en toe onderbroken door een wee. Ze komen regelmatig en worden steeds krachtiger.
Jalina kijkt me aan na een wee en vraagt of ik ook kinderen heb. Ik ben blij met mijn mondkapje want ik verschiet van kleur.
‘Ja, twee,’ zeg ik. Ik hoop dat ze niet doorvraagt want ik schaam me ineens voor mijn gezonde tweeling.
‘Leuk,’ zegt Jalina. ‘Jongens?’
‘Ha, nee, meisjes, dus ik kan over jongens niet meepraten,’ zeg ik.
Ik vertel eigenlijk nooit uit mezelf dat ik ook kinderen heb. Ik vind het ook niet uitmaken. Ik ben geen betere verloskundige doordat ik kinderen heb. Ook kaats ik het gesprek snel weer terug als het over mij gaat. Ik ben ondergeschikt op een verloskamer. Het gaat om het verhaal van de barende en haar partner. Ik vind het ook veel te interessant hoe andermans levens gaan en mensen vertellen in situaties als deze vaak ontzettend veel.


Gelukkig dient de volgende wee zich aan. Jalina concentreert zich erop. Met zijn drieën zuchtten we de wee weg. De deur gaat open en ik zie Joanne binnenlopen met twee kruiken in haar armen. Ik kijk haar aan, ze knipoogt.
‘Hai,’ zegt ze fluisterend.
Ik begroet haar terug.
‘Gaat goed hier hoor,’ zeg ik.
‘Ik voel druk!’ zegt Jalina ineens. ‘Er moet wat uit hoor, kan dat?’
‘Dat kan heel goed,’ zeg ik. ‘Je vliezen zijn nog niet gebroken en het kan zijn dat die een beetje uitpuilen naar buiten. Dat kan een flinke druk veroorzaken. Duw maar een beetje mee.’
‘De wee is weer voorbij. Pff, dat was een pittige zeg. Mag ik nog wat water?’ vraagt Jalina.
Thomas zit nog met het bekertje in zijn hand op de stoel en schiet gelijk overeind.
‘Tuurlijk schat,’ zegt hij.
‘Wil je ook Labello? Of een koud washandje?’ Thomas weet inmiddels zijn rol in de verloskamer. Jalina wil verder niets. Ik leg uit dat ze bij de volgende wee als ze weer zoveel druk voelt gerust een beetje mag meeduwen. Soms lucht het iets op als de vliezen gebroken zijn. Ik leg wel gelijk uit dat het daarna snel kan gaan. Aan haar lijf te zien gaat die bevalling als een razende.

‘Wil je niet voelen hoever ik ben?’ vraagt Jalina.
Ik moet lachen. ‘Ik zie aan je dat je ver bent, maar als je dat zelf wil dan voel ik gerust hoor.’
‘Dat wil ik eigenlijk wel,’ zegt Jalina.
‘Prima, doen we dat na de volgende wee,’ zeg ik.

Bij de volgende wee zie ik ook Jalina’s buik al wat meegolven. Het lijkt alsof ze echte persdrang aan het krijgen is. Jalina duwt zoals ik vertelde iets mee en slaakt dan een enorme gil.
Ik zie het matje onder haar knieën nat worden en begrijp dat de vliezen gebroken zijn. Ze zucht de rest van de wee weg maar de druk wordt haar teveel. Ze staat abrupt op en duikt het bed in. Ze gaat op haar zij liggen met haar ene hand op haar hoofd. Met haar andere hand klemt ze de zijkant van het bed vast. Ik zie haar vingers trillen van de kracht die ze ermee uitoefent. Thomas gaat staan en streelt liefdevol Jalina’s voorhoofd en wang. Jalina heeft haar ogen dicht en laat het toe.

Ik loop naar het keukentje om een setje handschoenen te pakken en trek ze aan.
‘Wil je dat ik voel naar de ontsluiting?’ vraag ik Jalina nog eens.
‘Ja graag,’ zegt Jalina ineens heel helder.
Ik pak wat glijmiddel voor aan mijn vingers en kom bij op het bed zitten. Er komt een nieuwe wee aan en ik wacht even. Jalina ligt nog steeds op haar zij en pakt als vanzelf haar knie en trekt hem naar zich toe.
‘Ik voel druk,’ gilt Jalina in paniek.
Thomas weet even niet wat hij moet doen en doet een stap naar achter als ook Joanne aan de andere kant van het bed komt te staan. Joanne duwt Thomas voorzichtig weer terug naar de rand van het bed om hem bij Jalina te laten staan.
Jalina begint uit zichzelf te persen en ik veeg de glijmiddel van mijn handschoenen aan het matje af onder haar billen. Dat inwendig onderzoek is niet nodig. Ik zie al een stukje van het hoofd.

‘Jalina, ik ga niet meer voelen,’ zeg ik tijdens de wee niet wetend of het aankomt.
‘Ik zie al een stukje van het hoofd, het eerste mannetje dient zich aan,’ zeg ik. Ik word zelf verrast voor de brok die in mijn keel schiet. Zo verdrietig voor hen dat één van de twee niet leeft. Een tweeling is zo iets magisch.
Ik blijf even stil en hoor Joanne tegen Jalina praten. Ze stelt haar gerust en legt uit wat er gebeurt. De wee zakt weer af en het hoofdje glijdt weer naar binnen.


‘Het gaat ineens heel snel,’ zeg ik tegen Thomas. ‘Maar het gaat goed, Jalina doet het goed.’
‘Jalina,’ zeg ik. ‘Als de volgende wee komt, mag je hetzelfde doen als net. Ik denk dat het niet lang meer duurt.’
Jalina knikt enkel en zucht nog steeds de pijn weg.
‘Komt ie,’ roept ze vervolgens.
‘Oke, duw maar mee,’ zegt Joanne.
‘Heel goed joh, ik zie al een stukje meer,’ zeg ik.
‘Hooo,’ roep ik dan. ‘Nu zuchten Jalina. Zuchten, zuchten, zuchten,’ blijf ik herhalen terwijl ik zelf ook meezucht om Jalina een ritme te geven.
Ik zie dat Joanne het overneemt en focus me op het perineum van Jalina.
‘Het hoofdje zakt niet meer terug nu, hij komt eraan,’ zeg ik terwijl ik mijn ogen op het perineum van Jalina gericht houd.

Ik pak het hoofdje van het mannetje aan waarna ook zijn lijfje volgt. Ik geef hem aan Jalina terwijl Thomas bewonderend kijkt. Ik zie zijn nuchtere blik verschieten in verwondering maar ik merk ook zenuwen.
‘Oh, daar is hij Lien,’ zegt Thomas. Ik zie zijn ogen vochtig worden.
‘Dag lieve Finn,’ zegt Jalina liefdevol.
Jalina pakt het kindje aan en legt hem op haar borst. Joanne heeft hydrofiele doeken en droogt het kindje af.

Er komt een golfje bloedverlies, ik probeer te kijken of daar het broertje van Finn ergens zit. Ik heb geen idee hoe dit kindje zich zal presenteren. Op de laatste echo rond 38 weken konden ze niet heel duidelijk nog de structuur van het tweede kindje ontdekken omdat het grote kindje zoveel ruimte in beslag nam. Ik check de matjes onder de billen van Jalina goed en ververs ze voor schone. Er is niet veel bloedverlies dus we hebben de tijd even af te wachten op de placenta komt.

Finn ligt heerlijk warm met een mutsje op zijn hoofd op de borst van Jalina terwijl er een trotse vader overheen gebogen staat. Joanne ruimt wat spulletjes op en typt vervolgens wat tijden in de computer. Ik pak het fototoestel en schiet wat foto’s van Thomas, Jalina en de kleine Finn. Na een minuut of vijf lijkt Jalina weer een beetje te zijn geland.
‘Is zijn broertje al geboren?’ vraagt ze.
‘Ik denk het niet,’ zeg ik. ‘Ik denk dat hij komt als ook de placenta geboren wordt.
‘Ligt die al los?’ vraagt Jalina.
‘Nee, maar ik ga zo even voelen of hij al los ligt.’
Jalina kijkt weer naar beneden, ik vraag me af wat door haar heen gaat.

Ik leg het fototoestel weg en trek handschoenen aan. Ik loop naar het bed en voel aan de buik van Jalina. Haar baarmoeder trekt goed samen en als ik een klein beetje tractie geef aan de navelstreng komt er wat bloedverlies, een teken dat de placenta los ligt. Nadat Thomas de navelstreng door heeft geknipt, wordt de sfeer ineens een beetje beladen. Ik zie Jalina en Thomas een blik uitwisselen, zich voorbereidend op wat komen gaat.
‘Ik wil Finn even niet bij me hebben als zijn broertje wordt geboren denk ik,’ zegt Jalina.
‘Zullen we hem even aan jou geven dan?’ ik kijk Thomas aan.
Thomas knikt en we leggen Finn huid op huid bij Thomas. Hij gaat zitten op de stoel naast het bed van Jalina en houdt met zijn vrije hand die van haar vast.

Jalina begint meer te vloeien en na overleg geven we haar via het infuus wat oxytocine om het bloedverlies te beperken. Nadat ik voel aan de buik van Jalina en zij een beetje meeperst komt er een groot stolsel gevolgd door de placenta. Ik voel direct aan haar baarmoeder die goed samentrekt dus die laat ik weer los.
‘Is ie eruit?’
‘Ik weet het niet,’ zeg ik. ‘Ik moet even kijken.’

Ik pak wat gaasjes en pluk zachtjes de vliezen los van elkaar. Ik zie duidelijk een klein stukje niet werkende placenta die vastzit aan de placenta van Finn. Het is helemaal donker verkleurd en zo groot als een onderzetter. Voorzichtig kijk ik tussen de vliezen van het niet werkende stukje placenta. Opgefrommeld tegen de rand zie ik twee kleine voetjes.
Jalina is wat rechterop gaan zitten en steunt op haar ellebogen. Ook Thomas gaat staan met Finn stevig tegen zijn ontblote bovenlijf aangedrukt. Joanne pakt het fototoestel en probeert alles vast te leggen.

Ik volg de voetjes en vouw de vliezen van het kindje af. Helemaal donkerrood verkleurd en maximaal twintig centimeter groot schat ik hem. Zijn romp, armpjes en beentje lijken net als ieder ander kindje van ruim 20 weken. Maar zijn gezicht is moeilijk te zien. Zijn hoofdje is platgedrukt door zijn broertje. Ik pak hem voorzichtig met twee handen op om hem te laten zien aan Thomas en Joanne. Joanne begint geluidloos te huilen bij de aanblik van het jongetje.
‘Dat is Joas,’ zegt Thomas trots.
Ik krijg kippenvel en wend mijn blik even af. Allemaal kijken we naar het kleine mannetje in mijn handen.
‘Welkom Joas,’ doorbreekt Joanne de stilte.
‘Ik kan hem niet zo goed aan je geven, hij zit nog vast aan de placenta. Wil jij de navelstreng doorknippen?’ vraag ik Jalina.
Ze knikt. Ik geef haar de schaar terwijl ze rechtop komt zitten en de navelstreng doorknipt. Ik pak de schaar aan en leg hem weg. Vervolgens pak ik Joas op en geef hem aan Jalina. Liefdevol pakt ze het kleine mannetje beet en gaat vervolgens tegen het hoofdeind aan zitten. Tranen stromen als een kolkende rivier via haar wangen via Joas op haar borst.
‘Zal je voor altijd waken over je broer Joas?’ zegt ze zachtjes tegen het mannetje.
Als uit vanzelf geeft Thomas Finn aan Joanne die met het levende mannetje in haar armen gaat zitten. Thomas schuift bij op het bed naast Jalina en samen kijken ze naar hun derde zoon.

Ik vind het altijd mooi om te zien wanneer levenloze kindjes nog in de buik zitten dat de meeste mensen huiverig zijn of ze het kindje wel willen zien. Als dan eenmaal het kindje geboren is, staat nagenoeg iedereen open om kennis te maken. Joanne pakt Finn goed in en legt het mannetje bij het gezin. Jalina geeft Joas aan Thomas en pakt Finn over van Joanne. Ik maak foto’s van het gezinnetje en leg vervolgens het fototoestel neer. Zowel Joanne als ik voelen dat ze even genoeg aan zichzelf hebben.

Ik wrijf over Jalina’s been onder het laken.
‘Gefeliciteerd met de geboorte van jullie zoons. Maar wat verdrietig dat Joas het niet heeft gered. Joas zal altijd voortleven in Finn.’
Joanne volgt mijn felicitaties.
Thomas en Jalina bedanken ons met betraande ogen.
‘Wij zijn zo terug, neem je tijd. Als we wat kunnen doen druk op de bel,’ zegt Joanne terwijl ze de bel binnen handbereik legt.
‘Komt goed, dankjulliewel,’ zegt Thomas nogmaals.


Jalina, Thomas, Finn en Joas zijn nog dezelfde avond naar huis gegaan. Twee weekjes later heb ik contact gehad met Jalina waarin ze vertelde hoe mooi het afscheid was geweest en dat ze troost put uit het feit dat Finn het heeft mogen redden. Ze voelt aan alles dat Finn voor altijd een beschermengeltje op zijn schouder heeft.


Lezen hoe een stilgeboorte ook kan zijn: klik hier.
En hier kan je het verhaal van Marloes en Fernando lezen die na een zwangerschapsduur van 39 weken hun kindje hebben verloren.


Eén opmerking over 'Als leven en dood ineens letterlijk hand in hand gaan'

Plaats een reactie