Dit artikel is ook geplaatst in het eerste magazine van Future Mom.
Zodra je een positieve zwangerschapstest in handen hebt, verandert de wereld van het zwanger worden in het zwanger zijn. Die wereld is groter dan de meeste vrouwen van te voren denken. Want: Wat voel je nou eigenlijk die eerste weken? En: Moet ik me gelijk zorgen maken bij een beetje bloedverlies? Tijdens die eerste stiekeme weken van zwangerschap, is voor veel vrouwen Google haar beste vriendin.
Als het eerste ge-google achter de rug is, melden de meeste vrouwen zich aan bij een verloskundige. Een verloskundige bij wie je zus, buurvrouw of vriendin ook haar zwangerschap heeft laten begeleiden en die letterlijk goed bevallen is. Iedereen die richting de leeftijd van het kinderen krijgen kruipt, kent deze verloskundigen. Ze weten waar een praktijk zit of hebben ze wel eens ‘in het echt gezien’.
Maar naast deze verloskundigenpraktijken (eerstelijns verloskundigen) bestaat er ook nog een tweede groep verloskundigen. Een groep die je als gezonde zwangere niet direct ziet. Deze groep is in het laatste decennia enorm gegroeid: de klinisch verloskundigen.
Klinisch verloskundigen werken, zoals de naam het al zegt, klinisch. In het ziekenhuis, onder supervisie van een gynaecoloog. Ze werken samen met verpleegkundigen, kraamverzorgsters, kinderartsen en maatschappelijk werk. Ook maken ze deel uit van werkgroepen om de zorg te verbeteren en voor optimale samenwerking met hun collega’s in de eerste lijn.
De grootste groep klinisch verloskundigen werkt op de verloskamers. Je komt ze tegen als je zwangerschap of bevalling wordt overgedragen door je eigen verloskundige. Bijvoorbeeld als je kindje in het vruchtwater heeft gepoept of als de bevalling wordt ingeleid. Er zijn ook aantal klinisch verloskundigen die op de polikliniek werken. Hen kom je tegen bij een afspraak voor je zwangerschap in het ziekenhuis. Bij dat eerste consult in het ziekenhuis kan het dus zijn dat je niet door een arts wordt onderzocht maar door de klinisch verloskundige.
Een klinisch verloskundige is hetzelfde opgeleid als de eerstelijns verloskundige. Soms hebben ze een extra opleiding of cursus gedaan en zijn ze gespecialiseerd in bepaalde facetten van het vak. Denk daarbij aan het doen van versies (een draaiing van het kindje die in stuit ligt), echoscopie of psychische begeleiding. Maar bovenal helpen en ondersteunen ze je in de zwangerschap of tijdens je bevalling als het net even anders loopt dan dat je had gehoopt.
Omdat in het ziekenhuis meer verloskundigen werken dan in de praktijk waar je tijdens je zwangerschap onder controle bent geweest, kan het zijn dat je verschillende gezichten ziet. De diensten die klinisch verloskundigen draaien, duren vaak acht uur waardoor je wisselingen in personeel ziet. Datzelfde geldt voor de verpleegkundigen en kraamverzorgsters tijdens de bevalling. Dit betekent niet dat er minder aandacht voor je is. Het hele team dat samen in het ziekenhuis werkt probeert je zo optimaal mogelijk te begeleiden. En iedere verloskundige, of hij of zij nu thuis of in het ziekenhuis werkt, heeft maar één doel: Een gezonde moeder en een gezond kind.
Meer lezen over de daadwerkelijke inhoud van mijn vak, klik hier.
Damman Schrijft 