Stel dat je het weet. Dat je weet op welke dag je sterven zal. Maar dat je dit pas één dag voor die bewuste sterfdag te horen krijgt. Heb je hem? Wat zou je dan doen? En in welke volgorde? Wie wil je nog spreken en wie juist niet? En vertel je alles op je laatste dag wat nog op je hart ligt of houd je dingen voor je? Als je weet dat je doodgaat wil je dan overal vanaf of neem je dingen mee het graf in? Zou je mensen nog iets mee willen geven op die bewuste laatste dag? Wat zou het fijn zijn als iedereen zo’n dag kreeg. Een dag voor je sterfdag. Zonder ziekte, pijn, verdriet of onrust. Een hele bewuste dag, om het leven af te ronden.
Dromen, iedereen heeft ze, maar lang niet iedereen streeft ze na. Waarom eigenlijk niet? Je kan veel dingen invullen; geen tijd, geen geld, nu niet handig want.. Iedereen herkent dit, maar wat is het zonde. Ik zelf voel altijd enige onrust als ik iets wil wat niet kan, of niet lukt, of op dát moment even niet handig is. Ik ben niet goed in uitstellen, ik houd van afronden. Maar ik houd ook van voorbereiden. Dus zo’n uitsteldag voor de dood zou me kunnen geruststellen. Zoals bij ticket to ride, waarin als je je laatste locomotiefje op het speelbord zet iedereen nog één keer mag. Dat het einde dus in zicht komt maar je nog ‘even’ wat kan doen.
Die ene dag zou van mij wel een jaar mogen duren. Want ik wil veel te veel. Dat past niet in één dag. Ik zou namelijk graag een jaar naar het buitenland willen, om te werken en wonen met mijn gezin. Helaas kan ik altijd wel een ‘maar’ verzinnen. Maar ik heb hier een huis, maar ik heb hier een baan. Dat kan ik niet makkelijk opgeven of verruilen voor een huis aan de andere kant van de wereld. Of wel? Daarbij speelt geld ook een rol. Geld maakt het makkelijker bij dromen als bovenstaande. Een hele dikke spaarpot heb ik niet, maar is dat nodig?
Want wat als iemand me zou vertellen dat het vandaag de laatste dag is. Dat mijn leven morgen ophoudt. Dan zou ik balen. Balen dat ik die buitenland droom niet uit heb laten komen omdat zaken als werk en een hypotheek me tegenhielden. Alles waar ik van te voren van had bedacht dat het bergen waren, worden dan ineens drempels. Het worden bijzaken die naar de achtergrond verdwijnen want mijn laatste dag is dan ingegaan. De enige berg waar ik dan nog mee te maken heb is tijd.
Maar op mijn laatste dag heb ik geen tijd. Nú heb ik tijd, zeeën van tijd. Dagen, weken, maanden, jaren. Zolang er niemand aanklopt en zegt dat het mijn laatste is, moet ik ervan genieten. Doen wat ik wil, dromen najagen en uit laten komen. Tóch maar die nieuwe baan, tóch maar beginnen met schrijven, tóch maar contact opzoeken met die verloren vriendin. Want tijd heb ik nu in overvloed en zolang ik tijd heb, heb ik mogelijkheden.
Maar stel dat het ineens die dag is. De dag voor mijn sterfdatum. Weet je wat ik dan zou doen? Ik zou het fijn maken. Ik zou onze bruiloft overdoen maar dan bij ons thuis in de tuin. Ik zou niet alleen nog eens ja zeggen tegen mijn man maar ook tegen mijn meisjes, in schattige witte jurkjes. Ik ga alles eten wat ik lekker vind, iedereen uitnodigen die ik nog wil zien. Al mijn vrienden en familie. Ik zou de zonsopkomst én de zonsondergang bekijken. Fijne muziek aan en dansen tot ik niet meer kan met een glas (of fles) wijn in mijn hand. Proosten op het leven, want als het dan toch eindigt kan ik er maar beter nog even van genieten. Het liefst wil ik ook nog een bevalling doen, een simpel rondje fietsen, een hele reep chocolade eten en een potje handballen. Om er daarna afscheid van te kunnen nemen.
Wat is het jammer dat het nou eenmaal niet zo is bedacht. Dat levens een abrupt einde kennen. Natuurlijk zie je het soms aankomen, die laatste dag, bij een ziekbed maar toch komt het onverwacht. Tenzij het is gepland. Eigenlijk zou je dus áltijd bewuster moeten gaan leven en meer nadenken over datgene wat je doet. Dat moet je niet alleen doen als er onverwacht iemand in je omgeving overlijdt. Je moet áltijd bewust leven en bewust genieten maar poeh wat is dat lastig.
Waarom sta ik er niet altijd bij stil? Waarom bedenk ik me niet elke dag dat het zomaar de laatste zou kunnen zijn. Stilstaan bij wat ik nú heb en wat ik nú kan. Ik moet mijn grote dromen gewoon werkelijkheid maken. Niet meer zeggen ‘ooit zou ik nog wel eens..’ Maar het nu doen. Ervoor gaan en er het beste van maken voordat iemand met de witte vlag zwaait voor de laatste ronde.
Dus hé, mocht je het weten wanneer die laatste dag van mij aanbreekt. Wil je het me dan vertellen? Ik hoop dat het niet binnenkort al is. Mocht het wel binnenkort zijn dan het liefst ná corona alsjeblieft. Want áls ik dan mijn voor-laatste-sterf-dag heb dan wil ik ook een feestje geven, genieten van alle 24 uren in die dag. En dan niet slechts één persoon uit kunnen nodigen maar de hele rits aan belangrijke mensen om me heen. Het zal je gebeuren dat het volgende week al is, die laatste dag. Dat kan en wíl ik me niet voorstellen.
Als je deze blog weg-klikt denk er dan nog eens over. En ga ervoor. Want zolang niemand in de toekomst kan kijken, kan niemand je waarschuwen voor je laatste dag. En zolang niemand dat doet, moet je er vooral vandaag nog een feestje van maken, dansen in de regen en proosten op het leven want het kan maar zo je laatste zijn.
Lisa
Meer lezen over het leven van een bijna dertiger? Klik hier voor één van mijn vorige blogs in deze categorie.